Mijn moeder kon niet stil zitten. Als ze niet aan het werk was, was ze bezig met huishouden, en als ze een moment voor zichzelf had, was ze aan het werk, in de tuin.
Of ze moest even iets doen, voor iemand. Ze was lerares. Ze deed alles voor haar leerlingen, en het leek alsof de hele wereld haar leerling was.
Mijn moeder bleef tot het eind toe druk. Mijn vader had Parkinson, werd zieker en zieker, en er was steeds meer te doen.
Moet ik je overeind helpen?
Wil je even lopen?
Wil je anders zitten?
Moet ik de kachel lager zetten?
Moet ik de kachel hoger zetten?
Wil je even liggen?
Zal ik je jasje aan doen?
Lust je nog iets?
Maar alle doen van de wereld kon zijn lasten niet wegnemen.
De maatschappelijk werkster, die na veel aandringen van iedereen, vooruit dan maar, voor één keer, langs mocht komen, vertelde dat ze er alleen maar hoefde te zijn voor hem. Dat dat genoeg was.
Niet doen, maar zijn.
Mijn moeder haalde een keer diep adem. Liet het tot haar doordringen. Eigenlijk wist ze dat ook wel. Ze zuchtte nog een keer, keek de maatschappelijk werkster aan en zei:
“Dus ik moet zijn.”
De maatschappelijk werkster knikte. Blij dat mijn moeder het eindelijk begreep. En toen vroeg mijn moeder:
“Maar hoe doe je dat? ¨
Heerlijk, lummelen… Daar krijg ik altijd zo veel inspiratie van! 🙂
Mooi verwoord. Ik moet het ook nog leren. Dat er -zijn- al genoeg is.
Ik wilde ook altijd zo graag zijn, maar ik had zoveel te doen, daarom kwam het er nooit echt van.
Toen ben ik maar gaan wandelen. Want: ‘Wandelen is stilstaan bij de dingen die anders aan je voorbijgaan.’
Wat mooi gezegd, en wat prachtig dat je die levenslessen nog kunt terughalen later. Daar kun je ook van genieten, ik geniet er in elk geval van.
Wat mooi. Dit moest ik net nu even lezen, bedankt.
Mooi woordenspel. Ze was dus gewoon nogal druk 😉
🙂 Met woorden spelen is ook ontdekken.
Als kind laat je je mama of papa zien wat mag en kan. Dat je er ook kunt zijn zonder iets te doen. Ik denk dat jij het je moeder hebt laten zien. En zij jou. Erg mooi. En herkenbaar.
mooi, dank je
Mooi! Dit blog gaat over een boel dingen, maar die ga ik natuurlijk niet noemen. Die zijn.
🙂
Beng. Die was raak. Zit hier met tranen in de ogen. Dit is zo mijn thema. Ik weet dat het zo is, maar kan het niet. Want wie ben ik als ik niets doe? Wat blijft er dan nog over?
Ik leer graag met je mee JJ. Vandaag nog. Oefenen om te zijn.
Eens hoorde ik in een preek de volgende uitspraak: ‘Als je er geweest bent en je hebt alleen gehad, ben je er dan werkelijk geweest?’
Ik voeg toe: ‘Als je er geweest bent en je hebt alleen gedaan, ben je er dan werkelijk geweest?’
Iets wat ik pas ten volle besefte toen ik het zo opschreef: Mijn moeder wás. In al haar doen wás ze. Met heel haar ziel. De vraag is of ze dat zelf altijd door had.
In het gedicht dat ik voor haar begrafenis maakte, schreef ik:
Ik vond je soms dwangmatig in die dingen
Nu weet ik hoe een hart kan dwingen.
Mooi geschreven en de boodschap is helder.
Ik zie je moeder als je schrijft, inderdaad altijd bezig.
En had ze een keer rust.. dan waren wij aan het giebelen..
Moest ze daar weer wat van zeggen, want we konden echt zo omtutten en inderdaad giebelen.
Mooi.
Ik doe dus ik ben 😉
toch… dank dat je dit hebt opgeschreven JJ, dat je dat hebt gedaan 😉
Ja, zo was Jenny. En zo was Ubbo. Ze deden én ze waren.
Jij ook. Jij bent en je doet.
Misschien nu nog een beetje leren verlummelen…..
Ik gun het je zo. Ik gun je dat je het eerder leert dan ik!
Nog vóór je een #pensionado bent…..
Je bent er, en wat ben ik daar blij mee!
Helemaal wederzijds.
Ik ben aan het leren, ook lummelen zonder schuldgevoel 🙂