Natka 1

De camera scheert over het plein, net op het moment dat het Kantcollege uit gaat. Leerlingen stromen naar buiten. Uit de manier waarop kun je veel zien: alleen, in groepjes, lachend, of stil, snel, doelgericht of slenterend. Let op, je krijgt zo een aantal hoofdrolspelers te zien.

Eén meisje heeft haar fiets al uit de stalling. Ze staat op de rand van het plein, één wiel op straat. Ze kijkt voor zich uit, maar draait af en toe haar hoofd om, naar de deur. Daar komt net een groep meiden uit. Uit de manier waarop de groep zich beweegt is te zien wie het stralend middelpunt is. Dat meisje dat zich wat uitdagend kleedt. Dicht bij haar de ‘beste vriendinnen’. De andere meisjes cirkelen er om heen, als elektronen om deze kern. Eén ervan maakt een gebaar naar het meisje dat staat te wachten. Ze maakt zich los van de groep en haalt haar fiets.

“Ik moet gaan, Emma wacht” zegt ze tegen het meisje naast haar, die daar amper op reageert, en snel haar baan om de kern weer op zoekt.

Het meisje dat vlak na die groep de deur uit loopt hoort er duidelijk niet bij. Hoeft er niet bij te horen of wil er niet bij horen. Dat kun je zien aan de manier waarop ze de groep voorbij loopt, zonder ze een blik waardig te gunnen. Ze loopt doelgericht naar haar fiets. Ogen volgen haar, argwanend, opnemend, oordelend, wegend. Ze pakt haar fiets en rijdt weg, botst bijna tegen het wachtende meisje Emma op. De blik tussen die twee blijft net even langer hangen dan normaal.

Wie je ook kunt zien is het Turkse meisje, dat naar de bushalte aan de andere kant van de straat loopt. Daar haalt ze een hoofddoek uit haar tas haalt en doet die om.

Dan zoomt de camera in op één van de ramen op de eerste verdieping. Dóór het raam, een schoollokaal in. Leeg. Bijna leeg. Achter het bureau zit een leraar. Zijn schouders hangen een beetje.  Hij blijft lang bewegingloos zitten. Dan kijkt hij met een schok om zich heen, alsof hij zich nu pas herinnert waar hij is. Hij staat op en draait zich om naar het bord. Zijn uitgestoken hand blijft in de lucht hangen, en zijn hoofd draait zoekend rond. Bord, grond, bureau. Geen bordenwisser. Dan haalt hij zijn schouders op en veegt met zijn hand de paar woorden van het whiteboard. Hij kijkt naar zijn zwarte vingers, kijkt weer zoekend rond, veegt ze af ten slotte af aan zijn sokken. Hij pakt zijn koffer en stopt er zijn boeken, en een oud uitziende versleten leren map, waarop nog net de letters ‘Euroconsult’ te lezen zijn. Hij klikt het het Samsonite koffertje dicht.

“Hoe ging het vandaag?” roept een collega aan het eind van de gang. Hij mompelt iets geruststellends, en loopt dan met twee treden tegelijk de trap af, naar de fietsenkelder.

De camera volgt hem, legt genadeloos het gestuntel met de fietssleutel vast. Even is er alleen maar fel licht te zien als de lens in het volle daglicht komt. Dan schiet de camera omhoog, blijft nog even hangen bij de leraar, die het nu lege plein over fietst. Dan vliegt de camera over de stad. Naar zee.

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Meer informatie over hoe uw reactiegegevens worden verwerkt.