elkaar veren in de reet steken, en waar ik een hekel aan heb, deel II

PSAH!

riep iemand, als reactie op deze post.

Ik schreef dat ik complimentjes op twitter prima vond. Dat er misschien wel zelfverheerlijking mee kon spelen, maar dat ik daar niet over kon oordelen.

Daar geloof ik niks van! Dat jij niet oordeelt.

Je houd je op die manier mooi op de vlakte.

Is dat zo?

Natuurlijk denk ik wel eens; “Moet dat nou?” als ik er een paar heen en weer zie schieten.

Maar ik roep mezelf een halt toe.

ik maak liever geen fout van de eerste soort

Dat leerde ik bij statistiek.

Daar bouw je een veiligheidsmarge in.

Liever iets niet kunnen aantonen dat er wel is (fout van de tweede soort), dan iets wél aan tonen dat er niet is (fout van de eerste soort).

 

Lees nog maar een keer, ik wacht wel even

 

 

En wat weet ik nou helemaal van die mensen op twitter?

Ik ga er dus van uit dat mensen het menen. Klaar.

Ja, dat kan ik.

Echt.

Als ik dat niet doe, beknot ik mezelf in het geven van complimenten.

Dat is pas BAH!

Dat zure argwanende.

Dáár heb ik nou wel een hekel aan.

 

 

6 thoughts on “elkaar veren in de reet steken, en waar ik een hekel aan heb, deel II”

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Meer informatie over hoe uw reactiegegevens worden verwerkt.